Jasper & Wibke on the move

Vietnam van boven naar beneden / Vietnam von oben nach unten

Nadat we in ons laatste reisbericht uitvoerig over Noord-Vietnam geschreven hebben, willen we jullie nu over onze ervaringen en Centraal- en Zuid-Vietnam vertellen.

Onze eerste stop in Centraal-Vietnam was de oude stad Hue, welke tot 1945 de hoofdstad van de laatste keizerlijke dynastie van Vietnam was. In de stad bevindt zich een reuzachtige citadel, waarin in het midden de Verboden Stad ligt, vergelijkbaar met die in Peking. Van de Verboden Stad is echter sinds het Tet-offensief van 1968 helaas niet veel meer over. Buiten de stad aan de 'Parfumrivier' liggen meerdere pompeuze tombes van verschillende keizers. Wij hebben die van Tu Duc en Khai Dinh bekeken. Daarna waren we bij de mooie Tu Hieu Pagode toevalligerwijze getuige van een tamelijk indrukwekkende boeddhistische ceremonie, alvorens we naar de achthoekige Thien Mu Pagode gingen. De monnik die zichzelf in 1963 uit protest tegen de beperking van godsdienstvrijheid in Zuid-Vietnam in brand stak, was afkomstig van het klooster bij deze pagoda.

Hue beviel ons goed, maar kon niet wedijveren met ons volgende reisdoel; Hoi An. Hoi An is een voormalig havenstadje waarmee vroeger veel Chinezen, Japanners en ook Europeanen handel dreven. Dit is, evenals de Franse koloniale invloed, nu nog zichtbaar aan vele bouwwerken in de stad. De stad ademt hierdoor een heel prettige en vriendelijke sfeer uit.

Het meest opvallende aan Hoi An is het enorme aantal kleermakers in de stad. Het maakt niet uit in welke richting je kijkt, ze zijn overal en bij elke winkel kan je maatkleding laten maken; van maatpak tot Elviskostuum. En dat alles voor prijzen waarvoor je thuis bij WE nog geen geode casual outfit krijgt! De kwaliteit blijkt echter van winkel tot winkel nogal te verschillen. We hebben daarom eerst grondig onderzoek gedaan (lang leve reisfora op internet), alvorens we de kledingstukken van onze keuze hebben laten maken. De dames van Peace Cloth Shop hebben goed hun best gedaan (meerdere zaken zijn twee of drie keer versteld) en we zijn dan ook erg blij met het resultaat. Nu is het alleen nog maar hopen dat de pakketten die we per zeepost naar huis gestuurd hebben, ook werkelijk aankomen. Anders zijn naast de pakken ook alle souvenirs die we tot nu toe verzameld hebben weg

Naast het winkelen en de souvenirjacht, hebben we ons uiteraard ook nog op het culturele vlak begeven. We hebben de eeuwen oude Cham-tempelruines van My Son bekeken (ook aangetast door de ‘Amerikaanse Oorlog') en hebben enkele bezienswaardigheden in Hoi An zelf bezocht.

De volgende dag hebben we grotendeels zittend en duttend doorgebracht, in een 20-urige busmarathon van Hoi An naar Dalat. Phoe...

Hadden we in Hoi An weer wat warmte kunnen tanken, in Dalat ging het meteen weer omlaag met de temperaturen. Dalat is namelijk een stadje relatief hoog in de Zuid-Vietnamese Bergen, waar de natuur eerder aan Oostenrijk doet denken dan aan Vietnam. Mede daardoor is het DE plek voor Vietnamese om hun huweljksreis door te brengen. Omdat wij absoluut geen zin hadden in kitscherige wij-rijden-op-paarden-door-de-Love-Valley-Tours, hebben we voor het eerst een motorscooter (110cc) gehuurd en hebben we onze eigen goedkopere en leukere ‘Alpentour' uitgestippeld: Prenn Waterval (met daarbij gelegen Indianendorp, huh?), gondelbaan (gemaakt door Oostenrijkse en Zwitserse experts), keizer Bao Dai's zomerpaleis, waterfietsen in een grote witte zwaan (ondanks Jaspers protest) en veel naar naaldbomen ruiken rijwind.

Kleine randopmerking: Wibke heft hier de lekkerste goulash van haar leven gegeten. Een onverwacht culinair genot...

Vervolgens ging het weer verder richting het zuiden. Na een paar uurtjes in de file, bereikten we Ho Chi Minh City (bij de meesten beter bekend als Saigon, zoals de locals het zelf ook gewoon nog noemen). Zo rond eind januari is het hier een nog grotere verkeerschaos dan normal, omdat iedereen ter gelegenheid van Tet (nieuwjaar volgens de Chinese en Vietnamese kalender) naar hun familie gaat. Saigon is echt een mierennest! Vergeleken hiermee lijkt Berlijn wel een kuuroord :-) Er rijden hier zo'n 3,5 miljoen motoren door de stad, ongeveer net zoveel als Berlijn inwoners heeft.

Saigon was een week voor Tet (26 t/m 28 januari) al feesteljk aangekleed. De mooiste straatdecoratie was van Coca Cola, ha ha. Hoe zat dat ook alweer met Communisme en Kapitalisme? ;-) Men hangt echter her en der ook nog steeds rode banieren met gele sterren of hamer-en-sikkels aan straatlantaarns, wat eigenlijk ook wel bij de kleuren van Coca Cola past ;-)

Een van de hoogtepunten in Saigon was het Herenigingspaleis, welke vroeger door de president van Zuid-Vietnam werd gebruikt. Op 30 april 1975 ramde hier een Noord-Vietnamese tank het stalen hek, waarna Zuid-Vietnam snel kapituleerde. Behalve dat er een nieuw hek geplaatst is (en het obligate beeld van Oom Ho), is alles zo gelaten als het toen was; grappige meubels uit de jaren 70 en een ondergronds commandocentrum...

Tussendoor hebben we een leuke tweedaagse tocht door de Mekong-delta gemaakt. Dit grote gebied ligt in het zuiden van het land en bestaat uit een netwerk van enkele duizenden kilometers stromen en kanalen, wat betekent dat men zich het beste per boot door dit gebied voortbeweegt. Ook een aantal markten bevinden zich op het water. Daarnaast draagt echt bijna iedereen die typische, kegelvormige hoeden. Deze zijn heel praktisch, want de zon brandt ook in de winter erg hard. Tijdens de boottocht van Vinh Long naar Can Tho waren we weer getuigen van een prachtige zonsondergang. De horizon zag ere en beetje uit als de Japanse vlag.

Op onze voorlaatste dag in Vietnam hebben we met een bezoek aan de Vietcong-tunnels van Cu Chi en het War Remnants Museum gevuld.

Tijdens de oorlog in Vietnam bouwden de Amerikanen een grote basis pal naast de tunnels die de Vietcong gegraven had. Meer dan 200 km aan handgegraven tunnels zorgden ervoor, dat de VC vanuit het niets konden aanvallen en direct weer konden verdwijnen. Oorspronkelijk waren ze 80cm hoog en 60cm breed, zodat alleen de kleine en slanke Vietnamesen er doorheen pasten en niet de breedgeschouderde Amerikanen. Een stukje is inmiddels wat vergroot om het bezichtigen te vergemakkelijken, maar het is nog altijd krap en beklemmend daar beneden. Jasper bleef daarom liever bovengronds. Niet lang daarna heft hij op de schietbaan een M1 Garand uitgeprobeerd (heftig!).

In het War Remnants Museum krijgt men door middel van honderden foto's nogmaals uitgebreid de gelegenheid de wreedheid van de Vietnamoorlog op zich in te laten werken. Een ruimte was er speciaal gereserveerd voor de foto's van westerse fotografen die tijdens hun werk zijn omgekomen.

Op de dag van vertrek uit Vietnam heft Wibke nog vlug even alle vruchten gegeten, die ze tot op dat moment nog niet geprobeerd had en ontdekte een nieuwe favoriet; mangistan. Zo lekker! Vervolgens ging het met het vliegtuig, via Bangkok, naar Chiang Rai in het noorden van Thailand. Daarover de volgende keer verslag.

Groeten,

Jasper en Wibke

-------------------------

Nachdem wir in unserem letzten Reisebericht ausfuehrlich ueber Nordvietnam geschrieben haben, wollen wir jetzt vonunseren Erlebnissen in Zentral- und Suedvietnam erzaehlen.

Unser erster Stop in Zentralvietnam war die alte Stadt Hue, die bis 1945 die Hauptstadt der letzten Kaiserdynastie Vietnams war. In der Stadt gibt es eine riesige Zitadelle, in deren Mitte die Verbotene Stadt liegt, aehnlich wie in Peking. Von der verbotenen Stadt ist allerdingsnach der Tet-Offensive 1968 leider nichtviel uebriggeblieben. Ausserhalb der Stadt entlang des 'Perfumflusses' liegen mehrere pompoese Kaisergraeber. Wir haben uns die von Tu Duc undKhai Dinh angeschaut. Danach haben wir zufaellig eine beeindruckende buddhistische Zeremonie in der Tu Hieu Pagode erlebt und uns die achteckige Thien Mu Pagode angeschaut, die durch einen ihrer Moenche bekannt geworden ist, der sich 1963 aus Protest gegen Einschraenkung der Religionsfreiheit selbst verbrannt hat.

Hue hat uns gut gefallen,konnte aber mit unserem naechsten Ziel Hoi An nicht mithalten. Hoi An ist eine ehemalige Hafenstadt in denen frueher viele Chinesen, Japaner und Europaeer Handel getrieben haben. Das kann man der Stadt noch immer ansehen, ebenso wiedie franzoesiche Kolonialvergangenheit. Die Stadt besitzt eine sehr angenehme und freundliche Atmosphaere.

Das bemerkenswerteste an Hoi An ist die enorme Anzahl von Schneidern. Egal in welche Richtung man guckt, ueberall sieht man sie, und man kann sich alles naehen lassen, vom Massanzug bis zum Elviskostuem, zu Preisen zu denen man sich zu Hause nicht mal bei H&M einkleiden kann. Allerdings scheint die Qualitaet doch sehr unterschiedlich zu sein. Wir haben uns also gruendlich informiert, bevor wir uns nach einigen Bedenken doch etwas haben schneidern lassen, und wir sind sehr gluecklich mit den Resultaten. Jetzt hoffen wir nur noch, dass die Paeckchen, die wir per Seepost nach Hause geschickt haben auch wirklich ankommen. Sonst sind neben unserer neuen Garderobe auch alle bisher versammelten Souvenirs futsch :-(

Neben dem Shopping- und Souvenirrausch haben wir uns auch noch ein bisschen auf der kulturellen Ebene bewegt und die jahrhundertealten Cham-Tempelruinen von My Son besichtigt sowie einige Sehenswuerdigkeiten in Hoi An selbst.

Den naechsten Tag haben wir groesstenteils sitzend und doesend verbracht, in einemungefaehr 20-stuendigen Busmarathon von Hoi An nach Dalat. Puh...

Hatten wir in Hoi An endlich ein bisschen Waerme getankt, ging es gleich wieder ab indie Kaelte. Dalat ist einekitschige kleine Stadt relativhoch in den Bergen, und die Natur erinnert eher an Oesterreich als an Vietnam. Unter anderem deswegen ist die Stadt DER Honeymoonspot fuer frisch verheiratete Vietnamesen. Weil wir absolut keine Lust auf die kitschigen Wir-reiten-auf-Pferden-im-love-valley-Touren hatten, haben wir uns endlich getraut ein Motorrad zu leihen und haben unsere eigene kleine 'Alpentour' gemacht, was viel preiswerter und tausendmal besser war. Prenn Wasserfall (inklusive Indianerdorf, huch?), Gondelbahn (natuerlich von den oeterreichischen und schweizer Experten), Kaiser Bao Dais Sommerpalast, Tretbootfahren (trotz Jaspers Protesten) im Schwantretbootauf dem Xuan Huong See und ganz viel Kiefernduftfahrtwind und unglaublich viel Spass :-) Und einkleine Bemerkung am Rande: Wibke hat in Dalat den leckersten Gulasch ihres Lebens gegessen. Ungeahnte kulinarisch Genuesse...

Und weiter ging es Richtung Sueden. Nach etlichen Stunden im Stau haben wir Ho Chi Minh Stadt (den meisten wohl besser bekannt als Saigon, wie sie auch von den Einheimischen noch immer genannt wird) erreicht. Mitte / Ende Januar ist in Vietnam das Verkehrschaos ausgebrochen, weil alle zu Tet (Neujahr nach dem chinesichen Mondkalender) zu ihren Familien fahren. Saigon ist echt ein Ameisenhaufen, hui! Dagegen kommt einem Berlin vor wie ein Kurort ;-) Es fahren allein schon 3,5 Millionen Motorraeder durch die Strassen, so viel Einwohner hat Berlin 'gerade mal'.

Saigon war eine Woche vor Tet (26. - 28. Januar) schon festlich dekoriert. Die huebscheste Strassendekoration war von CocaCola gesponsort, haha. Wie war das nochmal mit Kommunismus und Kapitalismus? ... ;-) Immerhin haengen sie zwischendurch auch ihre Stern- und Hammer-und-Sichel-Flaggen auf, passt ja auch irgendwiezu den Farben von CocaCola...;-)

Ein Besichtigungshighlight von Saigon ist der Reunificaton Palace, der frueher der Praesidentenpalast Suedvietnams war. Am 30. April 1975 haben hier nordvietnamesische Panzer den Zaun niedergewalzt, was zur Kapitulation Suedvietnams fuehrte. Mal abgesehen vom reparierten Zaun (und einer obligatorischen Ho Chi Minh Statue) hat man hier alles so gelassen, wie es damals war. Lustige siebziger Jahre Moebel und unterirdische Komandozentrale...

Zwischendurch haben wir noch einen tollen zweitaegigen Ausflug ins Mekong Delta unternommen. Das Mekong Delta liegtganz im Sueden Vietnams und besteht aus einem tausende Kilometer umfassenden Netz vonFlussarmen undKanaelen, so dass man sich am besten per Boot fortbewegt. Auch die Maerkte befinden sich auf Booten auf dem Wasser. Und fast alle Leute tragen die typischen kegelfoermigen Huete. Sie sind echt praktisch, denn die Sonne brennt ganz schoen, selbst im 'Winter'. Aufeiner Bootsfahrtvon Vinh Long nach Can Tho durften wir wieder einmal Zeugen eines grandiosen Sonnenuntergangs werden. Der Horizont sah beinahe aus wie die Flagge von Japan.

Den vorletzten Tag inVietnam haben wir mit einem Ausflug zu den Cu Chi Tunneln und einem Besuch im War Remnants Museum gefuellt. Waehrend des Vietnamkriegs wurden die Amerikaner regelrecht untertunnelt. Mehr als 200 km (handgegrabene) Tunnelanlagen sorgten dafuer, dass die Vietkongkaempfer wie aus dem Nichts angreifen und wieder verschwinden konnten. Urspruenglich waren die Tunnel 80 cm hoch und 60 cm breit, so dass auch nur die schlanken Vietnamesen durchpassten und nicht die breitschultrigen Amerikaner. Inzwischen wurden einige um das Besichtigen zu erleichternetwas vergroessert, aber es ist noch immer eng und beklemmendda unten. Jasper ist lieber draussen geblieben und hat anschliessend das Schiessen mit einem M1 Garand ausprobiert.

Im War Remnants Museum bekommt man noch mal Gelegenheit die ganze Grausamkeit des Vietnamkrieges auf sich wirken zu lassen. Ein Raum war auch den westlichen Fotografen gewidmet, die bei ihrer Arbeit umgekommen sind.

Am Abflugtag hat Wibkenoch schnell alle Fruechte gegessen, die sie bisher noch nicht probiert hatte und hateinen neuen Favoriten: Mangostane. Sooo lecker!

Anschliessend ging es mit dem Flugzeug ueber Bangkok nach Chiang Rai in Nordthailand, doch darueber mehr beim naechsten Mal.

Viele Gruesse,

Jasper en Wibke

Reacties

Reacties

Patte

Hallo Ihr zwei,
es ist immer wieder schön eure Berichte zu lesen und die Fotos zu sehen.
Liebe Grüße aus dem dicken B.

Gerbert

Ik kan me voorstellen dat je liever niet in dat gangenstelsel gaat kruipen trouwens... Zeker na het zien van die foto van de ingang, dat moet HEEL erg benauwend zijn, de gedachte alleen al!

Weer een leuk verslag, ik ga weer wachten tot de volgende! :-)

Liesbeth

Hallo!

Het is iedere keer weer leuk om te lezen wat jullie allemaal uitvoeren daar in het Oosten. Ongelovelijk wat jullie al gezien hebben. En jullie zijn nog lang niet terug!
Bedankt voor jullie kaartje trouwens! Echt gaaf Wibke dat je weer terug naar Wageningen komt, gezellig! :D
Woest en ik denken erover om de laatste week van april naar Berlijn te gaan. Ben jij daar toevallig dan ook?

Liefs,

Liesbeth

huib en irene van beek

beste tijdelijke reisgenoten. samen in een bootje in de Mekong Delta; weten jullie het nog? wibke en ik hebben ook nog zo'n mooie lokale vis gegeten, waarbij zij het dagelijkse budget ruimschoots overschreed. jammer dat we in Can Tho geen afscheid meer van elkaar konden nemen; dat doen we dus bij deze. het is erg leuk om jullie reisverslag te lezen; heel herkenbaar op verschillende onderdelen. we blijven jullie graag volgen en wensen jullie een fantastische tijd down under

Nadia

He Wibke en Jasper,

Was mijn mailbox aan het opruimen en kwam jullie verhaaltje tegen :-) Hier alles regenachtig en grijs, en we eten gewoon appels....Ben jaloers.
Mangoestan, is dat niet die vrucht die heel erg stinkt? Nou ja, als het maar lekker is.

Groeten,
Nadia

Gerbert

G'day mates Down Under, this is The Netherlands calling!

Tijd voor een nieuw verhaaltje naar wij dachten. :P

Jasper en Wibke

Hallo Huib en Irene,
Jazeker herinneren we jullie nog. Ook wij hadden gedacht nog even afscheid te kunnen nemen, maar dat is helaas niet gelukt. We hopen dat jullie verder nog een leuke reis gehad hebben.
Groeten, Jasper en Wibke

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!